We zijn nog de rest van Death Valley doorgereden maar veel uitstappen zat
er niet in.
Tussendoor passeerden we enkele minieme dorpjes. Niet te snappen
wie het uithoudt om hier te wonen.
Al gauw
ging de weg een heel stuk steiler omhoog en werd gevraagd de airco uit te
zetten. Dit om oververhitting van de motor tegen te gaan. En als we zeggen steiler,
is dat niet als bij ons met heel wat bochten. Nee, recht omhoog! Langs de rand
van de weg stonden ook regelmatig watertanken, dit om oververhitte motoren van
extra koelvloeistof te voorzien.
Met al dat
zand rondom ons en de wind die er stond, was het niet te verwonderen dat we
werden beloond met een mini-zandstorm op de baan. Al het zand dat over de baan
en zelfs deels over de bergen wordt geblazen, cool om te zien.
En ineens,
zonder dat we het goed en wel doorhadden waren we in een heel ander landschap
en ook heel andere temperaturen terechtgekomen. Een welkom verrassing achter de
bergen dus. Het landschap rondom ons had nu meer weg van een Zwitsers
berglandschap. Bergen met sneeuw, bomen en rivieren, dat is wel even wat anders.
En dan
stappen we de auto uit, in onze short en t-shirt, brrrrrr wat een aanpassing. Het is hier een pak
frisser. Vlug de jassen zoeken en een kijkje nemen in Mammoth Lakes. Een
gezellig dorpje met opnieuw vriendelijke mensen. We vinden al snel een hotel en
kruipen in bed. Het zijn vermoeiende dagen hier.








Geen opmerkingen:
Een reactie posten